Hernia

Tussen de wervels in uw ruggengraat zitten tussenschijfwervels. Deze bestaan uit een zachte gelachtige stof. Bij een hernia puilt er gel uit de tussenwervelschijf, wat tegen een zenuw kan drukken. Dit prikkelt de zenuw, welke vanaf uw rug via de been naar de voet gaat. Dit kan voor pijn zorgen in de been, bil, voet of rug. De druk op de zenuw kan er ook voor zorgen dat de zenuw niet meer goed werkt. Hierdoor kan de kracht in uw been verminderen of het been minder gevoel of een dof gevoel geven. Hierdoor kunnen ook de reflexen in uw been uitvallen.

De oorzaak van een hernia blijft onbekend. Wel is het krijgen van een hernia vaak erfelijk en komt het vaker voor bij mensen die:

• Zwaar lichamelijk werk doen.
• Zich vertillen of verdraaien.
• Te weinig bewegen of te lang zitten.
• Een slechte conditie hebben.

Als u een hernia heeft, heeft u vaak last van uw rug, en met name uw onderrug. De pijn is constant aanwezig, met perioden dat het minder pijn of juist meer pijn doet. Verder heeft u vaak last van de volgende klachten:

• De pijn straalt uit naar één been en in enkele gevallen beide benen.
• De pijn kan soms uitstralen naar uw onderbeen of zelfs tot uw voet.
• Als u hoest, niest of perst, wordt de pijn erger.
• Minder gevoel of een dof gevoel krijgen in uw been.
• Zitten en liggen gaat erg moeilijk. Staan kan ook meer klachten geven. Als u ligt heeft u vaak het minst pijn.

Bij drie van de vier mensen gaat de hernia vanzelf binnen twaalf weken weg. U kunt dus het beste wachten tot de klachten vanzelf over gaan.

Als u klachten heeft, kunt u het beste blijven bewegen. Door te bewegen, worden uw zenuwen meer geprikkeld, waardoor er minder pijnprikkels van de hernia binnenkomen. U kunt het beste uw dagelijkse activiteiten blijven doen, zoals u altijd doet. Daarnaast kunt u pijnstillers nemen waardoor u minder last heeft van de pijn. Hierdoor kunt u makkelijker en meer bewegen. Door veel te blijven bewegen, verzwakken en verstijven uw spieren ook niet. Dit zorgt ervoor dat u beter kunt bewegen.

Probeer daarnaast niet in houdingen te staan, zitten of liggen waarvan u meer pijn krijgt. Probeer bijvoorbeeld op uw zij te liggen, met gebogen knieën, of op uw rug met een kussen onder uw knieën. Zoek een houding die u het minst pijn geeft. Als u veel klachten heeft en liggen het fijnst is, kunt u de eerste aantal dagen wat langer blijven liggen. U moet wel bewegen om beter te worden, dus probeer na een paar dagen meer op te staan en uw dagelijkse activiteiten weer op te pakken.

Om op te staan uit bed, kunt u het beste eerst op uw zij liggen. Steek daarna uw benen over de rand van het bed, terwijl de rest van uw lichaam nog op bed ligt. Duw uzelf omhoog met uw armen, zodat u op de rand van het bed zit. Als u weer gaat liggen, doet u hetzelfde, maar dan in omgekeerde volgorde. Terwijl u zit op de rand van het bed, laat u zich vallen op uw zij, met uw benen opgetrokken.

U moet direct de huisarts bellen als u:

• Een doof gevoel bij uw geslachtsdeel of anus krijgt.
• Niet meer kunt plassen.
• Uw plas of poep juist niet meer kunt ophouden.
• In één keer minder kracht in uw been heeft.

Als het lastig is om te bewegen, kunt u hulp krijgen van de fysiotherapeut. Deze kan u ook helpen met welke bewegingen u wel of juist niet moet doen. U kunt uw huisarts hiervoor bellen aangezien die u kan doorverwijzen naar een fysiotherapeut. Ook kunt u de huisarts bellen als u veel pijn blijft houden, terwijl u wel veel beweegt en de juiste pijnstillers neemt.